Een autosloperij heeft bij veel mensen een schimmig en vuil imago, maar niets is tegenwoordig minder waar. In de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw stonden sloopwagens eerst maanden op het terrein te roesten of lekken en veroorzaakten zo veel milieuvervuiling. Deze oude werkwijze is tegenwoordig alleen nog te bezichtigen in het autosloperij museum. Dat komt omdat de overheid eind jaren ’80 van de vorige eeuw een systeem instelde waarmee de verschillende materialen en stoffen van de auto netjes verwerkt en gescheiden konden worden. De diverse automerken volgden het goede voorbeeld en richtten eigen autosloperijen in om zo het milieu te ontzien.
Hoe werkt een autosloperij?
Wie van zijn of haar auto af wil heeft tegenwoordig de keus. Doorverkopen kan, ook daarvoor zijn legio mogelijkheden. Maar als doorverkopen er niet meer inzit hoef je op internet eigenlijk alleen maar autosloperij in combinatie met plaats of provincie in te tikken, of merknamen als Mercedes, BMW, Renault, VW of Peugeot. Er verschijnt een keur aan mogelijkheden. Veel bedrijven halen de auto zelfs aan huis op. Tegenwoordig zijn autosloperijen zowel sneller als schoner. Als je auto niet door de APK komt en te duur om te laten repareren, kun je via zo’n sloperij toch een geldbedrag terugkrijgen. Men verkoopt namelijk de bruikbare onderdelen en materialen. Klanten kunnen kiezen voor een autosloperij die alle soorten auto’s accepteert, ofwel eentje die speciaal op een bepaald merk is gericht. Mercedes, BMW, Renault, VW en Peugeot hebben bijvoorbeeld eigen demontagebedrijven. Uit de wagens die een sloperij inneemt worden eerst de bruikbare onderdelen gehaald en doorverkocht. Wat onbruikbaar is gaat in de pers, het staal wordt gesmolten en hergebruikt. De moderne autosloop is dus een milieuvriendelijk efficiënt bedrijf geworden.